Man op Reis in Nieuw-Zeeland: bij de vrouwen in het bos

“Asfalt!” Mijn reisgenoot die alles weet van Nieuw-Zeeland is opgetogen. De weg die vanaf het bergdorp Murupara het regenwoud in kronkelt, was tot een paar jaar geleden niet veel meer dan een verhard grindpad, legt hij uit.

Ik twijfel. De vooruitgang is een groot ding, maar er is toch ook iets te zeggen voor nauwelijks begaanbare wegen door de jungle, vooral als de bestemming een bush camp is. Onzin, verwerp ik die gedachte meteen weer. Ook de Maori van de Tainui-stam die in dit deel van het land wonen, willen kunnen opschieten.

Hinewai staat ons op te wachten langs de oprit van het kamp: een dirt road die deels is weggeslagen door zware stormen. Het allerlaatste stukje steil omhoog naar Te Urewera Bush Camp wekt de door het asfalt in slaap gesuste natuurmens in mij subiet.

De gastvrouw zingt ons toe bij wijze van welkom, een Maori-gebruik dat ontroert, zeker nu haar ijle stem weerkaatst tegen de bergruggen die boven ons uittorenen.

Halverwege de berghelling heerst de gemoedelijkheid die hoort bij een klein kampement in het midden van de natuur. Vijf vrouwen rommelen onder een groot tentzeil met ketels en pannen; een vuur vormt het hart van de keuken die ook eetzaal is. Verscholen in het dichte groen: twee luxe safaritenten en twee kleinere tentjes – dat is alles.

We eten stoofpot, iemand tokkelt op een gitaar en de tafel raakt bezaaid met flessen wijn en bier. We praten over de oom van Hinewai. Joe was jarenlang curator van Maori kunst voor het Museum of New Zealand in Wellington, begrijp ik – een moderne vertaler van het oeroude eigene waarnaar jonge Maori op zoek waren. “A slow river that went deep,” peinst Hinewai. “Hij wilde, oud geworden, de stad uit, de bomen riepen hem terug naar deze plek. Hier overleed hij – een hartaanval.” Hinewai stapte in het project dat haar oom was begonnen om mensen kennis te laten maken met het bos en de eeuwenoude Maori-geschiedenis: het kamp. Terwijl de Maori in het dorp beneden minzaam toekeken, besloot ze het bush camp uitsluitend met vrouwen voort te zetten. Die knikken heftig.

Zo drinken we nu onder het tentzeil terwijl de schemering langzaam over de bergen trekt waarop we uitkijken. Groen wordt blauw, mistflarden trekken over de bergen, vlak voordat het helemaal donker is, tikt regen zacht op het zeil. Een rilling trekt door mijn lijf en die wordt niet alleen veroorzaakt door de plotseling dalende temperatuur – het is het genot van buiten te zijn, echt helemaal buiten. Geen mobiel bereik, de wc een elegante pot boven een diepe kuil, de douche is precies dat: een douche.

De volgende dag planten we een boom op een helling iets verderop – bezoekersplicht. Hinewai laat de boompjes zien die bezoekers eerder hebben gepland. Mijn boompje noem ik Manu, Maori voor duizend. Zo oud mag hij worden. Terwijl ik het laatste hoopje aarde met water besprenkel denk ik aan Joe. Hij kan trots zijn op zijn nichtje.

Ontdek meer reisverhalen

Geniet op het terras van de zon in de Catlins Nieuw-Zeeland

Man op reis in Nieuw-Zeeland: duisternis

Het diner is genoten, de wijnflessen zijn geleegd. Wat nog niet besproken is kan wachten tot morgen. Het is tijd… lees meer

Man op reis puur zijn

Man op reis in Nieuw-Zeeland: puur zijn

Laat u niet misleiden door het woord ‘highway’ in Nieuw-Zeeland. Dat is geen snelweg zoals wij die kennen, maar… lees meer

Kom een stap dichterbij uw droomreis

Er is meer mogelijk dan u denkt!

Neem contact met ons op voor de beste tips en adviezen, of bezoek een van onze gratis online presentaties. Maak kennis met onze reisspecialisten en stel al uw vragen.